Blog van Academie-student Eva Folkersma
Momenten gegrepen uit het dagelijks leven van Eva Folkersma, waarmee ze wil laten zien dat je situaties van rouw en verlies niet op hoeft te zoeken: “Ze komen vanzelf bij je, zijn om je heen. Kijken met de ogen van je hart en luisteren met de oren van de liefde, is alles wat je nodig hebt om het op te merken.”
“Die ontslagbrief moet er ook nog uit.” “Oh nee, niet nu!” kreun ik inwendig. Het is 22:30 uur vrijdagavond, ik ben bekaf van een eindeloze werkweek en heb morgen een hele dag college. Ik wil naar bed. Afgelopen woensdag heb ik de bewuste brief voor hem geschreven. Hij hoeft ‘m alleen nog maar per mail te versturen en dan is het klaar. De irritatie borrelt ergens ter hoogte van mijn navel en mijn ogen branden van vermoeidheid.
“Daar heb je tot en met maandag de tijd voor, dat kun je zelf ook wel.” Maar zo makkelijk kom ik er niet vanaf bij mijn vechtgenoot. “Er moeten nog wat aanpassingen gedaan worden en ik weet niet hoe dat moet.” “Tuurlijk,” denk ik, “mik jouw probleem maar weer op mijn bord.” Ik kijk hem aan. De machteloze blik in zijn ogen wint het van de harde woorden die op het puntje van mijn tong liggen. “Laat me niet in de steek, ik kan dit niet alleen,” zeggen die ogen.
Ik ga overstag en plof naast hem op de bank, in stilte zijn talent voor uitzonderlijk slechte timing vervloekend. Daar gaat mijn zo innig verlangde nachtrust. Vechtgenoot prutst met de laptop. Daar kan ik het geduld echt niet voor opbrengen. “Hier met dat ding, ik doe het wel.” “Heks,” mompelt hij zacht. Ik tover de brief op het scherm en we lopen er samen nog een keer doorheen. De aanpassing bestaat uit welgeteld drie woorden. “Was dat nou zo belangrijk?” Het antwoord blijft uit.
Ineens besef ik waar ik middenin zit: mijn geliefde staat op het punt om afscheid te nemen van wat een belangrijk deel is geweest van zijn leven. Twintig jaar is hij Brandweervrijwilliger geweest. Een onoplosbaar conflict met zijn ploegchef maakt daar nu een einde aan. In de laatste gesprekken tussen de twee mannen heb ik als mediator nog geprobeerd beweging in de zaak te krijgen. Kansloos. De enige manier voor manlief om de regie in eigen hand te houden, is door een verzoek tot eervol ontslag te doen.
In gedachten spreek ik mezelf toe: “Gefeliciteerd, je bent zojuist gezakt voor je lakmoesproef als begeleider: levend verlies onder je neus en jij herkende het niet.” Ik tik een begeleidend mailtje aan de postcommandant en voeg de aangepaste brief als bijlage toe. Mijn hand reikt naar de muis om op de verzendknop te drukken. “Ho!” zegt mijn interne alarmsysteem. “Dit is niet jouw besluit, maar het zijne.”
“Je moet zelf op de verzendknop drukken, dat kan ik niet voor jou doen,” zeg ik. Een blik van mij naar het scherm en weer terug. Dan klikt hij op verzenden en is het besluit onherroepelijk gevallen. Met een diepe zucht laat hij zijn voorhoofd tegen het mijne zakken. Stilte. Ik voel zijn tranen over mijn wangen stromen. Tranen om de pijn van een wijs besluit, om wat voorbij is. Ik ervaar de hartverscheurende schoonheid van dit intieme moment tot op de bodem van mijn ziel.
“Wat nu?” vraagt hij een tijdje later. Ik kijk hem aan en pak zijn hand. “Kom, we gaan naar bed. Morgen weer een dag.”
Eva telt 41 winters, werkt als Adviseur HRM voor drie kleine gemeenten in het Gooi, probeert dagelijks overzicht te scheppen in de chaos van een mannenhuishouden en is tweedejaarsstudent verlies-, rouw- en stervensbegeleiding aan de Academie voor Geesteswetenschappen.
Wat mooi en ontroerend geschreven Eva. Die momenten met de belofte tot intimiteit vind je inderdaad bijna elke dag dicht om je heen. Groetjes, Sharon (3e jaars Energetisch Therapeut AvG)