fbpx

Aanmelden Masterclasses

Meer info

Boekrecensie: Levensduiding in het licht van transcendentie – De theologie van Jörg Lauster

Boekrecensie: Levensduiding in het licht van transcendentie – De theologie van Jörg Lauster

Transcendentie is datgene wat ons draagt en vervult

Door Paul Delfgaauw

 

Levensduiding is betekenis geven aan het leven. Transcendentie staat voor ‘God’, of het ‘heilige’, soms ook voor ‘het andere’ of ‘iets dat in de mist van een weinig verplichtende vaagheid blijft hangen’. Dit boek gaat over de ervaring van transcendentie, bezien in het licht van het werk van de Duitse liberale theoloog Jörg Lauster. Voor hem is de ervaring van transcendentie het centrale element van religie, en niet slechts ‘het vreemde’ en ‘andere’. Hij noemt het ‘datgene wat ons draagt en vervult’.

Liberale theologie

De auteurs zijn hoogleraar vrijzinnige theologie Rick Benjamins en emeritus hoogleraar protestantse kerk en cultuur Wouter Slob. Het boek begint met een interview door journalist Andreas Main met Lauster. Hierin wordt de liberale theologie gedefinieerd, ook wel cultuurprotestantisme genoemd. Het gesprek gaat over de toekomst van het christendom. De liberale theologie wil het ‘absolute tegendeel van elke vorm van religieus fundamentalisme’ zijn. Zij wil de boodschap van het christendom vertalen in een andere, moderne taal en de grenzen tussen niet-religieuzen, christenen, joden en moslims ‘een beetje vloeibaar maken’.

Zingeving

Dit boek gaat uitgebreid in op transcendente ervaringen en hoe deze (religieus) te duiden. Door transcendente ervaringen kan de wereld op een onuitsprekelijke manier als zinvol worden ervaren, stellen de auteurs, waardoor het niet zinloos is om aan zingeving te doen. Transcendentie-ervaringen kan je opdoen binnen religie, in het samenleven, de natuur of de kunst. De ervaringen zelf worden echter nauwelijks beschreven. Levensduiding in het licht van transcendentie is vooral een literatuurstudie van Lausters boeken door Benjamins en Slob.

Het werk van Jörg Lauster

We maken kennis met de boeken zoals Religion als Lebensdeuting, waarin Lausters opvattingen over de duiding van het leven, de Bijbel en transcendentie beschrijft. Een mens kan ‘iets’ ervaren en dat alleen maar duiden met woorden die naar transcendentie verwijzen, zoals ‘God’, ‘heilig’ of ‘onwerelds’, omdat iedere andere duiding tekortschiet.
In Gott und das Glück gaat het over God, het geluk en het goede leven. De transcendentie-ervaring zou een perspectief op geluk kunnen openen dat naar een veranderde levensvoering kan leiden, gericht op het goede leven.

Lausters bewering dat de werkelijkheid ‘meer’ is dan ze is, vanwege een transcendente dimensie die zich kenbaar maakt, beschrijft hij in Die Verzauberung der Welt. Hij zegt dat die transcendente dimensie de werkelijkheid is, zich op bijzondere momenten op een onuitspreekbare manier zinvol toont en door de mens van zingeving wordt voorzien.
In Der ewige Protest zegt hij dat het religieuze profaan en leeg wordt als het niet meer naar transcendentie verwijst. Transcendentie-ervaringen vormen ‘het hart van het religieuze’ en worden in verschillende tijden op verschillende manieren met verschillende middelen tot uitdrukking gebracht. Volgens Benjamins en Slob is de transcendentie-ervaring de kern van Lausters theologie en van zijn hele oeuvre.  

Middenweg

Lauster lijkt vooral een middenweg te zoeken tussen orthodoxie en vrijzinnigheid. Hij bestudeert de opvattingen van subjectiviteitstheoretici en de openbaringstheologen. Volgens de subjectiviteitstheorie is de weg naar God geen weg naar buiten via de wereld, maar naar binnen via jezelf. De mens zelf is een verschijningsvorm van het transcendente en kan op zijn eigen manier naar de wereld kijken, geworteld in God. Daarentegen gaat de openbaringstheologie ervan uit dat de band met God langs de Bijbel gaat, en niet langs onszelf.

Lauster bedient zich van de hermeneutiek (= alles wat zich tussen de tekst en de lezer afspeelt) om inzicht te krijgen in de transcendentie-ervaring en relateert die aan de Bijbel, de geschiedenis, de moderniteit en de christelijke religie. Zo wil hij een middenweg vinden tussen het transcendente dat zich spontaan bij de mens aandient of dat juist begint bij de mens die via zijn eigen bewustzijn toegang tot de werkelijkheid heeft.

Religie als innerlijk beleven

Lauster is van mening dat de kerk het transcendente niet moet veronachtzamen, omdat daarmee de ziel uit de kerk zou verdwijnen en slechts lege hulzen zouden overblijven. Hij zegt dan ook dat ‘religie niet het simpele voor-waar-houden is van kerkelijke leerstellingen, maar een innerlijk beleven en een persoonlijke overtuiging’ zijn. Hij vindt het kleingeestig om te zeggen dat lege kerken de ondergang van het christendom betekenen. Desondanks blijft voor hem de kerk wel de plek waar mensen ‘de boodschap van het christendom leven en aan anderen doorgeven’.

Mijn conclusie

Lauster zoekt verbinding tussen niet-religieuzen, christenen, joden en moslims. Zijn uitgangspunt is evenwel alleen de christelijke kerk. De auteurs stellen terecht dat wie bijvoorbeeld het woord ‘God’ niet in zijn bagage heeft, geen ervaring van God zal opdoen. In het boek wordt nauwelijks stilgestaan bij hoe niet-religieuzen transcendentie beleven. Het transcendente lijkt zo alleen vanuit de christelijke religie woorden te kunnen geven die leiden tot een ‘dieper verstaan van de wereld en zichzelf en daarmee tot een betere duiding van het leven’. Blijft de vraag of en hoe Lauster de moderne samenleving die het transcendente vooral vanuit de eigen (seculiere) levensfilosofie ervaart, kan betrekken in zijn middenweg.

Dit boek heb ik als een studieboek ervaren en daardoor vooral geschikt voor studenten van hogescholen en universiteiten.



Levensduiding in het licht van transcendentie – De theologie van JörgLauster| Rick Benjamins en Wouter Slob | Uitgeverij Van Warven | ISBN 978-94-93175-45-7| Druk: 1 | februari 2021 | 124 pagina’s | 16,95

Een reactie op Boekrecensie: Levensduiding in het licht van transcendentie – De theologie van Jörg Lauster

  • Ans Schapendonk

    Dit boek is zeker niet geschikt voor studenten, want indoctrinatie hoort niet thuis op hogescholen en universiteiten. Het begrip transcendentie is sinds 2013 in zwang omdat interferentie in taal niet alleen een opening biedt naar het verleden, maar ook naar de toekomst. De slang is een christelijk symbool dat via een universeel geldig klankpatroon herleid kan worden tot (s)lang > ‘(s)leng’ (dat betekent in het Engels dialect) > (s)linger, maar dan > lingerie (onderbroek) gevolgd door (l)ingenieus. Het transcendente (doorzichtigheid) ligt in het op het eerste gezicht gebrek aan samenhang tussen pakweg een slang en een onderbroek (string), maar het Engelse ‘slang’ alias dialect bewijst dat de hier toegepaste klankregels (o.a. detractio: woorden slijten van voren af; adjectio: woorden worden van achteren langer; klinkers helixen alfabetisch) een dieper inzicht in de werkelijkheid geven. Niet alleen in religieuze teksten, want helix je die terug kom je op natuurwetenschappelijke kennis waaronder MA-the-MA-tiek en astrofysica want uit het sterrenschrift, dat functioneert als een soort brailleschrift door de sterren (puntjes) met latjes te verbinden waardoor een fries (doorlopend stripverhaal) ontstaat, kunnen we feiten ontlenen die ook betrekking hebben op de toekomst. God helixt uit code, omdat onze taligheid op microniveau op exact dezelfde manier verloopt als het universum, waarvan wetenschappers nooit beseft hebben, dat het een organisme op macroniveau is. Toen Jezus zei dat het koninkrijk Gods al lang op Aarde was, had hij gelijk, want dat is onze taligheid. Jezus zei ook dat Het Woord (le mot) rond tweeduizend jaar na zijn dood zou wederkeren. Ook dat voorspelde hij correct, want Jezus beheerste de klankhelix waarmee je het verleden kunt reconstrueren en de toekomst kunt spellen en dus voorspellen. Dat gaat o.a. aan de hand van dieren zoals het varken dat helixt in het verreke, dan in ik verreken me, dan in we gaan naar de verrekkenis (Laatste Oordeel), maar dan in volle bolleke(n)s kennis: het besef van het bestaan van de klankhelix, waarmee we natuurwetenschappelijke kennis beter begrijpen, waaronder de stringtheorie alias snaartheorie, want het is ook de muziek, het geluid, dat meespeelt (dorem isola: Goudeiland, het Paradijs, maar FA ontbreekt). Nu Sem van Vliet, afgestudeerd en gepromoveerd aan de VU, Nederlandse imams die het Arabisch niet beheersen materiaal verkoopt, waarin staat dat het wordt ‘afgeraden’ dat meisjes naar muziek mogen luisteren, ben ik klaar met dit vrouwen onderdrukkende gedachtegoed. Uit de helix kar > kris alias mes > meiske > moskee > Muschi (vagina) kunnen we nu afleiden, dat moskeeën op een baarmoeder met eileiders lijken, terwijl er hoofdzakelijk mannen inkruipen, die hier geen geloof belijden maar politiek bedrijven. Wanneer een universiteit als de VU mensen als een Sem van Vliet die bij een imam promoveerde, ondersteunt, gaan we inderdaad ‘naar de verrekkenis’ wanneer hele jonge moslimmeisjes (hooguit 4 jaar) door praktijken op islamitische scholen, om zeep worden geholpen. Rick Benjamins kent waarschijnlijk de theologen aan universiteiten in Marburg, Tübingen en Göttingen. Hier weten ze alles over de klankhelix, sinds Hedde Zeijlstra ‘De eenvoud van taal’ publiceerde zonder correcte bronvermelding. In het zinnetje ”Eet Eva een appel” helixt uit HETEN > (h)ETEN (detractio) en uit APPEL > APPELER (adjectio), waardoor heten en noemen naar de teller en de noemer verwijzen. Vrouwen waren de eerste wiskundigen, omdat ze als eersten leerden tellen omdat ze hun telgen moesten voeden. Het ging dus oorspronkelijk nooit om de TALMOED, maar om de GETALMAT dat helixt in MIJTER, geen vijfhoek, maar een verdubbelde vijfhoek en dus een tienkant. Bekijk nu op het schilderij van de Solothurner Madonna welk gezicht er onder de mijter van deze ‘bisschop’ zit, dat letterlijk “Beim Schopf packen” betekent (het kindje er bij het hoofdje uitpakken). Het waren de vroedvrouwen (Age of Sage), de Les Femmes Sage, maar (les fem)MES-SAGE hadden wel een boodschap: Naastenliefde. Deze MADOGS (moeder en dochters) wilden niets horen over de MA-DOG / DOGMA’s (metathesis), regels die de vrouwen uit de kerken verdreven, die ooit gewoon als bevallingshuizen dienst deden. De DUIVEL helixt uit DEVELOP > DUVEL OP wier naam LUCIFER was alias LU CIFER, het cijfer alias MA-the-MA-tiek. God was nooit vaderlijk, want er bestaat alleen een Moeder Natuur. Wat zie de moeder tegen haar kind? Ik zal je be-HOED-en, dat helixte in HOED je voor mij, sprak de Vader. Die HOED is de oorzaak van het verplichte dragen van een pruik voor jodinnen en een hoofddoek voor moslima’s. De interferentie zal nu wel duidelijk zijn. Een fries is een doorlopend verhaal van puntjes alias dot.com, waarin het dot helixt uit DIETS alias Den Diest, het land van MELK (room > Rooms katholiek) en HONING alias HONEY alias het DOTJE dat om zeep wordt geholpen. Daar gaan we naar toe, helaas … omdat ‘cultuurprotestanten’ al horende doof zijn, al ziende blind, al pratende stom, maar vooral als wetende DOM (jodendom, christendom). Vat dit niet als een persoonlijke belediging op. Het is gewoon de klankhelix die ons gedrag STUURT. U gelooft in het Laatste Oordeel, dus maak je borst maar nat, want ik geloof daar ook HEILIG in!

Laat een reactie achter

Uw e-mailadres wordt niet weergegeven.